Mijn hart ligt bij cijfers. Ik houd mij, als controller, bezig met financiële getallen. Dat ik mij kan inspannen voor het onderwijs geeft mij een extra goed gevoel, want ik kan meedenken over hoe het overheidsgeld het beste is in te zetten. Het is werk dat er toe doet.
Mensen vragen me weleens: wat doet een controller precies? Bij elke onderwijsinstelling is dat anders. In een kleine organisatie doet een controller er meer administratie bij, en bij een grotere ligt het financieel beleid en beheer vaak geheel bij de controller.
Zo stelt een controller de begroting op en bepaalt het financieel beleid mee. Er komen vragen op tafel als: wat gaan we doen en wat kunnen we doen? In dat verhaal is de formatie een belangrijk onderdeel. Het personeel vormt immers 80 procent van de kosten. Die wil je dan ook zo goed mogelijk in de begroting verwerken, vanuit de visie: wat is het belangrijkste voor de leerling.
Er is een groot verschil tussen het onderwijs en het bedrijfsleven. In dat laatste draait het veelal om de winst. Dat maakt dat het bedrijfsleven harder is. Ik zou me er als controller minder in thuis voelen. In het onderwijs gaat het niet om winst. Daar staat het belang van het kind voorop. Het geld dat een organisatie krijgt van de overheid wil ze zo goed mogelijk inzetten om het kind het beste onderwijs te kunnen geven. Leerkrachten werken in het belang van het kind. Dat geldt ook voor de mensen in ondersteunende en boven schoolse functies, zoals de controller. Alle bijtaken die niets met lesgeven hebben te maken, liggen bij de ondersteunende functies. In het onderwijs doet iedereen er toe.
Ik denk graag mee over de begroting van een onderwijsorganisatie. Het is niet alleen boekhouden; een controller denkt echt na over het beleid van scholen. Je bent als controller niet bezig met het inrichten van het onderwijs -dat doen leerkrachten zelf. Maar je draagt je steentje bij door goed te kijken naar hoe scholen optimaal gebruik kunnen maken van overheidsgeld.
Scholen hebben een idee over hoe ze het onderwijs willen inrichten en hoeveel leerkrachten en onderwijsassistenten in de klas willen. Als controller denk je mee: wat is mogelijk, en wat kan niet? Je bent een sparringpartner voor bestuurders. Steeds staan in die overleggen de leerlingen centraal. Dat is iets wat ik zie bij alle klanten van Merces: de leerling, daar gaat het om. En dat is ook precies wat Merces wil.
Vanuit Merces dragen wij ook ons steentje bij in het beste onderwijs voor het kind, ook als het om controllers gaat. Zo staat Merces klaar om bijvoorbeeld bij ziekte een controller te vervangen, zodat werken aan een financieel beleid kan doorgaan. Een begroting moet er immers wel komen. Daarnaast kunnen we op strategisch niveau meedenken. Organisaties die niet zo groot zijn, maar wel een sparringpartner nodig hebben om het financiële beleid mee tegen het licht te houden, kunnen ook bij Merces terecht. We zijn immers een kennispartner in het onderwijs.
ERVARING:
Voordat Chantal Bakker bij Merces kwam, werkte zij als controller bij een schoolbestuur met bijna dertig scholen.